Je verleden de baas

Je verleden de baas

Flow MagazineJuist die dingen uit je verleden die niet zo leuk waren, hebben de neiging later weer de kop op te steken. Waarom lukt het ons vaak niet om het verleden te laten rusten?

‘Het verleden negeren is het verleden herhalen,’ stelt psychotherapeut Carien Karsten. Karsten geeft cognitieve gedragstherapie en is auteur van verschillende boeken op het gebied van burnout en koopverslaving. ‘Je verleden stuurt je onbewust, je zoekt het op. Het lijkt haast wel of je verslaafd bent aan je verleden, het voelt veilig, vertrouwd.’ Maar stelt ze, je bént geen slaaf van je verleden, je kunt ervan loskomen. Alleen moet je het daarvoor wel aangaan.

I Moet je wat met je verleden?

Ja, blijkt ook uit een kleine rondgang langs verschillende therapeuten – cognitieve gedragstherapie, familie-opstellingen, EFT relatietherapie en zijnsoriëntatie (zie kader).

Al weet de één het beslist beter te verkopen dan de ander. ‘Laat het verleden je helpen om een gelukkiger mens te worden,’ zegt Lies Geertsen, die familieopstellingen geeft. Volgens haar kan het verleden je juist steun en kracht geven. ‘Het verleden geeft je een bodem, stevigheid. Je kunt je door je verleden gesteund voelen, ook als je in het echte leven nooit vrede met je ouders sluit.’ Bijna alle culturen kennen rituelen die mensen met het verleden verbinden. Alleen in het Westen zijn we dat verleert – volgens Geertsen ten onrechte.
Maar is het verleden echt zo onmisbaar voor ons geluk? Hoe zit het dan met therapieën die er juist op gericht zijn om in het hier en nu te blijven, zoals mindfulness? Rianne van Rijsewijk, van de zijnsoriëntatie, waarbij ook gebruik wordt gemaakt van aandachtstraining, erkent dat het zinvol is om bij het hier en nu te blijven. ‘Je gedachtewereld is je gevangenis. Je gedachten herhalen zich, het is als dezelfde groef van een langspeelplaat. Door dezelfde gedachten steeds te herhalen verdiep je de groef, de gewoonte. Met aandachtstraining of mindfullness train je om bij het hier en nu te blijven, zodat je die groef niet meer verdiept. Maar de reden waarom het je niet lukt om bij het hier en nu te blijven, ligt toch in je verleden. Bepaalde dingen zijn zo pijnlijk voor je geweest, dat je in plaats van erbij te blijven steeds wegglipt.’

Ook in relatietherapie speelt het verleden een belangrijke rol, zegt Jeannette Wijsman, EFT relatietherapeute. Met het verleden ga je alleen aan de slag als je in het hier en nu tegen dingen aanloopt – zoals relationele problemen in intieme relaties, vriendschappen of op het werk, of als je gevoelig bent voor verslavingen. Vaak blijkt dan dat je in je jeugd hechtingsschade hebt opgelopen. ‘Je hebt dan een negatief zelfbeeld ontwikkeld en je kiest op basis van dat negatieve zelfbeeld de verkeerde partner. Een neurotische partnerkeuze, wordt dat ook wel genoemd; je kiest een partner die vanuit je verleden vertrouwd voelt. Daardoor is de kans groot dat je je eigen geschiedenis herhaalt. Je komt bijvoorbeeld terecht in een relatie die sprekend lijkt op die van je ouders. Je hebt helemaal geen seks meer, omdat je partner meer als je kind voelt. Zo’n ouder/kind-relatie ontstaat omdat je bij je partner alsnog onvervulde verlangens vervuld wilt krijgen.’ Maar ook als je veel heftige ruzies hebt, liggen daaraan vaak hechtingsproblemen ten grondslag. ‘Als je in je jeugd weinig liefde hebt gekregen, ben je heel gevoelig voor afwijzing en contactloosheid. Maar niemand is altijd beschikbaar, dus er zullen nu eenmaal momenten zijn waarop je wordt afgewezen of contactloosheid ervaart. Alleen zijn die er, vanwege je neurotische partnerkeuze, juist heel veel. Het zijn rauwe plekken en als iemand die belangrijk voor je is je daar raakt, zul je je gelijk verdedigen.’

II Goed, dat verleden daar moet dus iets mee – maar hoe?

Voor alle vier zijn problemen in het hier en nu de aanleiding om naar het verleden te kijken – het is dus niet zo dat het hele verleden vanaf je vroegste herinnering moet worden uitgekamd. Hóe je met het verleden aan de slag gaat, verschilt verder per therapie. Maar telkens staat wel één ding centraal: dat je stopt met kind zijn.
In de cognitieve gedragstherapie ga je op zoek naar ‘foute’ gedachtes; aannames die je hebt of conclusies die je trekt, die niet kloppen. De foute gedachte komt vaak voort uit een vroeg schema, een gedachtepatroon dat in je jeugd is ontstaan. Karsten: ‘Dat vroege schema is als een sjabloon waardoor je dingen waarneemt. Je hebt bijvoorbeeld van je ouders geleerd dat mensen niet te vertrouwen zijn en daar zie je steeds bevestiging van. Of je hebt meegekregen “ik ben geen liefde waard” en dat herhaalt zich steeds weer.’ Die vroege schema’s zijn met sterke emoties verbonden en disfunctioneel gedrag. Essentieel is dan ook dat je je gedrag verandert en bijvoorbeeld leert in een rollenspel om voor je eigen behoeftes uit te komen. ‘Het gaat erom dat je bij zulke onjuiste aannames het kindperspectief loskoppelt en de situatie bekijkt vanuit een volwassen perspectief.’

Ook de Zijnsoriëntatie richt zich op het verwerven van het inzicht dat je ruimer bent dan je geschiedenis. Je moet stoppen met recht willen zetten wat vroeger verkeerd is gegaan. Van Rijsewijk: ‘Wij geloven dat er een heelheid, een vrijheid in je is, wat er ook gebeurd is in je leven. Het gaat erom contact te maken met die ongeschonden heelheid. Dat doe je door het geloof in je geschiedenis los te laten. Daarvoor is nodig dat je inziet dat je steeds in dezelfde groef van die langspeelplaat gevangen zit.’ Vrij komen van het verleden klinkt als het beloofde land, maar dat is het nou ook weer niet, waarschuwt Van Rijsewijk. ‘Je bent ook gehecht aan de groef waarin je zit, het is je bekende zelf. Als je in het hier en nu kunt zijn, ben je geen slaaf meer van je gedachten, maar je laat ook je vertrouwde zelf los.’

In therapie doe je een stuk van je emotionele ontwikkeling overnieuw met een therapeut, legt Wijsman uit. De therapeut probeert iemand te zijn waar je je wel veilig aan kunt hechten. Het belangrijkste is dat de therapeut je ziét. ‘Je bent als kind bijvoorbeeld onvoldoende gezien met als gevolg dat je nu het idee hebt dat je er niet toe doet. Doordat de therapeut heel anders op je reageert, kun je allerlei emoties en verlangens alsnog gaan ervaren en ontwikkelen. Dat betekent wel dat je ook in contact komt met de pijn en boosheid uit je verleden.’ Bij EFT gaat het vooral over emotionele toegankelijkheid. Voor een kind dat volledig afhankelijk is van zijn verzorgers is het onverdraaglijk als ouders niet toegankelijk zijn. De pijn is te groot, het kind sluit zich af. In je liefdesrelatie loopt dat, nadat de verliefdheid over is, meestal uit op veel ruzies over niets. In veel volwassen relaties zie je dit patroon namelijk terugkomen; de één sluit zich af, de ander voelt zich daar onveilig bij en gaat erachteraan. En dan trekt de partner zich nog meer terug. ‘EFT gaat over je open durven stellen, je durven hechten en kwetsbaar kunnen zijn. Vaak zie je dat in een relatie de één banger is voor verbondenheid, de ander juist meer angst heeft voor het verlies aan verbondenheid. Dat patroon doorzie je misschien nog wel, maar je negatieve gevoelens de baas blijven lukt vaak niet omdat de dwang om je te verdedigen haast een reflex lijkt.’

Bij familieopstellingen probeert men patronen die zich soms al generaties lang herhalen op te sporen en te doorbreken. Ouders waren bijvoorbeeld emotioneel niet beschikbaar voor hun kinderen omdat ze zelf met een groot verdriet kampten of zelf geen beschikbare ouders hadden. Daardoor waren ze niet in staat om hun kinderen echt te zien en adequaat op hun behoeften te reageren. Dat wordt in een familieopstelling alsnog rechtgezet. Hoe werkt het precies? ‘Een deel is magie. Anderen zijn in staat om jouw ouders, grootouders en geliefden te representeren. Hoe dat komt, doet men nog onderzoek naar, maar het heeft ermee te maken dat we van origine kuddedieren zijn en dat het vroeger functioneel moet zijn geweest om elkaars gevoel te kunnen waarnemen.’ In feite, stelt Geertsen, moet je je voorstellen dat je vier ouders hebt: twee echte, al dan niet nog in leven, en twee geïnternaliseerde ouders, die in je hoofd zitten. ‘Met die geïnternaliseerde ouders gaan we aan de slag, met het beeld dat je van je ouders hebt, zodat de liefde weer kan stromen. Als je de liefdevolle verbinding hebt ervaren, verhoud je je ook anders tot je eigen ouders.’

III Hoe zorg je ervoor dat je niet blijft hangen in je verleden?

Het gaat er dus in al die therapieën om dat je het verleden verwérkt. Maar soms lijkt aan het verleden maar geen einde te komen. Kijk naar Woody Allen die al een werkzaam leven lang vier, vijf keer per week bij zijn therapeut op de divan ligt. Waarom lukt het soms niet om het verleden weer los te laten? Van Rijsewijk zegt: ‘Omdat we het moeilijk vinden om onze kinderlijke eis van genoegdoening los te laten. Het belangrijkste is dat je stopt met beschuldigen en slachtoffer zijn. Zolang je je nog verontwaardigd voelt of op zoek bent naar genoegdoening, bezie je het verleden vanuit het perspectief van het kind dat je toen was. Je wilt een therapeut of een partner die je uit de wind houdt, voor je zorgt, je altijd waardeert – je wilt kortom nog steeds wat je vroeger niet hebt gehad.’ Als je die kinderlijke eis kunt opgeven, ontstaat er ruimte om te gaan leven; dan ben je zelf aan zet.
Maar alleen maar praten over het verleden is niet genoeg; die diepe krenking laat je namelijk niet zomaar los. ‘Veel mensen willen het lijden vermijden, maar juist in de pijn zit de verwerking,’ zegt Geertsen. Wie met het verleden aan de slag gaat, gaat van onwetend naar bewust zijn van het verleden én zal de pijn die erbij hoort aan moeten gaan. ‘En dan is het tijd om los te laten. Stoppen met boos zijn op je ouders, gebeurt vanzelf als je de liefdevolle verbinding ervaart en echt contact maakt.’

IV Wanneer is het klaar?

‘Kinderen passen zich uit blinde liefde aan aan het systeem waarvan ze deel uitmaken,’ zegt Geertsen. ‘Als je het hele systeem kunt overzien, vanuit een volwassen perspectief, en ook met liefde kunt zien welke keuzes je ouders en grootouders hebben gemaakt, ben je eraan toe om het verleden los te laten.’

Vergeven is essentieel. Van Rijsewijk: ‘Vergeving betekent dat je onder ogen wilt zien wat je pijn en gemis is, maar ook afscheid neemt van de hoop dat iemand het ooit nog goed maakt. Het verlangen blijft, maar het gaat erom dat je de eis opgeeft. Als een kind is misbruikt of mishandeld is dat een moeilijke boodschap. Maar zolang je geen afstand neemt, blijf je nieuwe pijn creëren.’

Echt af is het nooit – het verleden laat zich nu eenmaal niet zomaar afsluiten. In moeilijke situaties, zodra je je té onveilig voelt – en vaak merk je dat niet eens – steekt het oude gedrag toch weer de kop op, waarschuwt Wijsman. Karsten: ‘Het verleden zal niet verdwijnen, noch je negatieve gedachten over jezelf. Maar je kunt handigheid krijgen in hoe je ermee omgaat.’

[alert type=”info”]

Vier therapeuten, vier stromingen

Lies Geertsen, familieopstellingen (www.geertsenconsultancy.nl)

Bij familieopstellingen komt een groep onbekenden samen om gezamenlijk het verleden van de verschillende deelnemers her te beleven. Aan de hand van de vraag van de deelnemer, wordt de familie van herkomst opgesteld en worden verborgen familiepatronen zichtbaar – en hersteld.

Rianne van Rijsewijk, Zijnsoriëntatie (www.zijnsoriëntatie.nl)

Zijnsoriëntatie werkt met spirituele technieken (meditaties en visualisaties) en psychologische methoden. Je leert je oorspronkelijke, vrije zelf te herinneren en laat de belemmeringen van je persoonlijke geschiedenis achter. Je komt in contact met diegene die je ten diepste bent.

Jeannette Wijsman, EFCT (zijnsvisie.nl)

Emotionally Focused Couple Therapy gaat ervan uit dat hechtingskwetsuren uit je jeugd de oorzaak zijn van relatieproblemen op latere leeftijd. Hoe je als kind reageerde op een emotioneel niet-beschikbare ouder, is een overlevingsmechanisme geworden dat inmiddels het aangaan van een veilige relatie in de weg staat.

Carien Karsten, CGT (www.carienkarsten.nl)

Cognitieve Gedrags Therapie richt zich op cognities, hardnekkige overtuigingen die je hebt (zoals ‘ik ben geen liefde waard’ of ‘ik kan me alleen maar beter voelen als ik nu iets koop’), die niet waar zijn en ondertussen wel je gedrag bepalen. Bij CGT worden die gedachten opgespoord en uitgedaagd.

[/alert]